een paar rassen:
(meer info over de rassen bij "paardenrassen" en "ponyrassen")
Veulen
Een veulen heeft relatief sterk ontwikkelde schedelbeenderen t.o.v. de aangezichtsbeenderen. Deze laatste groeien pas volledig uit na de tand- en kieswisseling.
De verhoudingen bij een veulen zijn anders dan bij een uitgegroeid dier; bij veulens valt de hoogbenigheid op.
Jong paard
Jonge paarden zijn vrijwel altijd overbouwd. De schoft is nog weinig ontwikkeld; de doornuitsteeksels groeien later uit.
Wollige beharing
Een veulen heeft een korte, wollige staart. Ook de manen zijn kort en wollig. De lichaamsbeharing is minder vlak aanliggend dan bij een ouder dier.
Wigvormig hoofd
Jonge dieren hebben een wigvormig hoofd.
Ouder paard
Een ouder paard heeft vaak wat hoekiger vormen. De spieren van het lichaam atrofiëren enigszins, waardoor de rug wat inzakt en het kruis invalt.
Koolzwart:
|
Gitzwart:
|
Gewone vos:
|
Zweetvos:
|
Lichte vos:
|
Donkere vos:
|
Bruin
Gewoon bruin:
|
Donkerbruin:
|
Zwartbruin:
|
Varianten op de basiskleuren Palomino:
|
isabel:
echte isabel:
|
onechte isabel:
|